Dit is Kharabat, een tempel van totale vernietiging
Dit is geen Kaaba
Voor idioten om rond te gaan
Noch een moskee
Voor de onbeschaafden om in te schreeuwen
Dit is Kharabat, een tempel van totale
vernietiging.
Binnen zijn zij die dronken zijn, van vóór
de eeuwigheid
tot de Dag des Oordeels,
vertrokken van zichzelf.
------
Ik dacht zo vaak aan Jou
Dat ik volledig Jou werd
Stapje voor stapje kwam je naderbij
En langzaam, heel langzaam, ging ik heen.
-----
Voetstappen komen slechts tot aan de rand van
de oceaan,
Daarin blijft geen spoor meer over.
-----
Spreek niet met ons over visioenen en
wonderen
want die dingen zijn wij lang geleden
ontstegen.
We zagen ze allen als illusies en droom
en onbevreesd gingen we er aan voorbij.
-------
Ben je bereid om uitgewist te worden,
Weggevaagd, vernietigd, afgeschilderd als
niets?
Ben je bereid om tot niets gemaakt te worden,
Gedoopt in vergetelheid,
Zo niet, dan zul je nooit veranderen.
De feniks hernieuwt alleen haar jeugd
Wanneer zij is verbrand, levend verbrand
Opgebrand tot hete as.
-----
Ik lach als ik hoor dat de vis in het water
dorst heeft.
Je kunt niet begrijpen, dat wat het meest
levend van al is, zich binnen in je eigen huis bevindt;
En dus wandel je met een verwarde blik van de
ene heilige stad naar de andere.
De roeper roept in de schemer de Ene Heilige
aan met luide stem.
Waarom? De Ene Heilige is toch zeker niet
doof.
Hij hoort de tere enkelringen die geluid
maken
aan de pootjes van een insect dat voorbij gaat.