Eén Danser die de Dans danst door middel van,.... en als, ...... de vele maskers.
De dans wordt gedanst met grote overgave, er is niets dan deze Dans.
En als expressie van de Dans lijkt elk masker of persona zich te hebben geidentificeerd met zijn toebedeelde rol.
Zo erg zelfs, ..... dat er sprake is van het vergeten, ..... van het luchtige van het spel.
En dat,......het slechts spel is.
En als vormen van dat vergeten, .......rijzen vragen over de zin,
Die slechts konden opkomen, wanneer het geloof in de persona overheerst .......dat er een persoon is.
Als de Danser zich herinnert, .......drukt hij zich uit als een herinnering van zichzelf,...
......en bestaan er geen vragen voor de energie, die de maskers schijnt te bewegen, de maskers, slechts bewogen door de genade van de Danser.
En dan wordt de vraag over de zin irrelevant, want de dans, die zelf de zin is in zichzelf, heeft geen betekenis buiten zichzelf.
Het is het complete, schitterende totaal, ......in zichzelf,......zich niet bewust van de eigen volmaaktheid, .....van de eigen luister, .......van de eigen totaliteit.